Prof. dr C.H.M. Brunia (Weert 1932) emeritus hoogleraar fysiologische psychologie, was gedurende zijn loopbaan verbonden aan de universiteiten van Utrecht en Tilburg. Daarnaast werkte hij ruim dertig jaar als zenuwarts in de Hans Berger Kliniek te Breda. Kees Brunia geeft nog altijd colleges (aan het Hoger Onderwijs Voor Ouderen) in Rotterdam, Utrecht en Tilburg.
‘HET BREIN van farao tot fMRI’ vult een leemte in de kennis van de hersenwetenschap. Met dit ‘hoofdwerk’ bundelt Kees Brunia een levenlang studie van het menselijk brein, het menselijk gedrag en het menselijk bewegen.
Een beknopt CV
Kees Brunia studeerde van 1951 tot 1959 geneeskunde en van 1954 tot 1962 psychologie aan de universiteit in Utrecht. Buytendijk – de belangrijkste hoogleraar in de psychologiefaculteit – stimuleerde vooral zijn belangsteling in de theoretische achtergronden van het vak. Brunia specialiseerde zich vervolgens van 1959 tot eind 1963 in de psychiatrie en neurologie aan de Radbouduniversiteit in Nijmegen onder leiding van Professor dr. J.J.G Prick. Sinds 1958 was hij verbonden aan het Psychologisch Laboratorium van de universiteit Utrecht. Hij studeerde af in de theoretische psychologie bij Hans Linschoten en was van 1966 tot 1972 werkzaam als docent in de fysiologie. Hij begon in januari 1964 als neuroloog aan de dr. Hans Bergerkliniek te Breda, promoveerde in 1970 aan de universiteit van Utrecht op het proefschrift Alertheid en de veranderingen in de Achillespees- en Hoffmannreflex. Zijn promotor was Prof. Dr. W. Storm van Leeuwen. In 1971 werd hij gewoon hoogleraar in de fysiologische psychologie aan de Universiteit van Tilburg. Hij publiceerde meer dan 100 artikelen en eenzelfde aantal abstracts in internationale tijdschriften.